Spelling - Nederlands

Question 1 of 25

1

Wat zijn de algemene spellingsvoorwaarden?

Select one or more of the following:

De ontwikkeling van de taalvaardigheid
De cognitieve ontwikkeling
De motorische ontwikkeling
De sociaal-emotionele ontwikkeling
Auditief vaardig zijn
Visueel vaardig zijn

Explanation

Question 2 of 25

1

De onderdelen van visueel vaardig zijn, zijn:

Select one of the following:

Discriminatie - analyse - synthese - temporeel ordenen - klankpositie bepalen
Discriminatie - analyse - synthese - spatieel ordenen - letterpositie bepalen

Explanation

Question 3 of 25

1

Het verschil tussen aanvankelijk en voortgezet spellen is dat aanvankelijk spellen gaat over meerlettergrepige niet-klankzuivere woorden en het voortgezet spellen gaat over klankzuivere, eenlettergrepige woorden spellen.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 4 of 25

1

Er zijn 7 spellingsprincipes. Wat is het hoofdprincipe?

Select one of the following:

Fonologisch principe
Morfologisch principe
Semantisch principe
Syntactisch principe
Orthografisch principe
Etymologisch principe
Syllabisch principe

Explanation

Question 5 of 25

1

De regel van gelijkvormigheid gaat over

Select one of the following:

Iets steeds schrijven op dezelfde manier
Woorden die op dezelfde manier worden gevormd, worden ook hetzelfde geschreven

Explanation

Question 6 of 25

1

Er bestaan 4 spellingscategorieën. Welke?

Select one or more of the following:

Spellen van klankzuivere woorden
Spellen van woorden met vaste tekencombinaties zoals aai, ooi, ng, nk
Spellen van woorden waarbij de koppeling foneem - grafeem niet te achterhalen is via spellingsregels zoals ij, ei, au, ou
Spellen van woorden met doffe e zoals -tje, -lijk, -ig
Spellen van niet - klankzuivere woorden
Spellen van eenlettergrepige woorden
Spellen van meerlettergrepige woorden

Explanation

Question 7 of 25

1

Wat zijn de didactische wijzen?

Select one or more of the following:

Inprenting
Beregeling
Analogie
Modeling

Explanation

Question 8 of 25

1

Er bestaat een directe spellingstrategie en een indirecte spellingstrategie. Welke kenmerken zijn die van de indirecte spellingstrategie?

Select one of the following:

Het spellingsysteem is geautomatiseerd. Je past het zonder nadenken toe.
Het spellingsysteem is nieuw en je gaat het bewust toepassen.

Explanation

Question 9 of 25

1

Er bestaan 5 soorten spellingstrategieën. Bij welke strategie hoort de klankclusterstragie?

Select one of the following:

Fonologische strategie
Woordbeeldstrategie
Regelstrategie
Analogiestrategie
Hulpstrategie

Explanation

Question 10 of 25

1

Innerlijke woordbeelden verkrijg je door...

Select one or more of the following:

Visueel beeld
Auditief beeld
Semantisch beeld
Articulatorisch beeld
Schrijfmotorisch beeld
Morfologisch beeld
Fonologisch beeld
Syntactisch beeld

Explanation

Question 11 of 25

1

De regelstrategie: een regel houdt in dat in een bepaalde situatie een klank of een klankcombinatie geschreven wordt zoals woorden die het kind al kent.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 12 of 25

1

De analogiestrategie gaat over het vergelijken van de woorden met woordbeelden die het kind al beheerst.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 13 of 25

1

Van welke hulpstrategie zijn de volgende woorden een voorbeeld: een liedje, versje, zoeken in een schemaatje

Select one of the following:

Geheugensteuntje
Verkleinwoord
Innerlijke woordbeelden
Kapstokwoorden
Inprenting

Explanation

Question 14 of 25

1

Spellinggeweten is een antoniem voor spellingbewustzijn.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 15 of 25

1

De elementaire spellinghandeling heeft een bepaalde volgorde. Welke?

Select one or more of the following:

Gesproken woord auditief analyseren in de afzonderlijke fonemen - auditieve discriminatie - koppeling van foneem aan grafeem - synthese van grafemen
Auditieve discriminatie - gesproken woord auditief analyseren in de afzonderlijke fonemen - koppeling van foneem aan grafeem - synthese van grafemen
Auditieve discriminatie - gesproken woord auditief analyseren in de afzonderlijke fonemen - synthese van grafemen - koppeling van foneem aan grafeem
Gesproken woord auditief analyseren in de afzonderlijk fonemen - auditieve discriminatie - synthese van grafemen - koppeling van foneem aan grafeem

Explanation

Question 16 of 25

1

Er zijn 2 visies op het spellingproces: de directe route en de indirecte route.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 17 of 25

1

Het connectische model gaat uit van een heel andere kijk dan het tweeroutemodel.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 18 of 25

1

Er bestaan verschillende strategieën binnen de instructieprincipes. Welke?

Select one or more of the following:

Hoorstrategie: elementaire spellinghandeling
Woordbeeldstrategie
Regelstrategie
Analogiestrategie
Hulpstrategie
Onthoudstrategie
Hoorstrategie: klankclusters
Inprentingsstrategie
Ondersteuningsstrategie

Explanation

Question 19 of 25

1

Spellingsonderwijs moet ... zijn.

Select one of the following:

Functioneel
Ervaringsgericht
Nuttig
Leerlingactief

Explanation

Question 20 of 25

1

We hebben 2 verschillende soorten aanpakken: de geïsoleerde aanpak en de samenhangende aanpak.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 21 of 25

1

Bij de geïsoleerde aanpak van het spellingsonderwijs heeft een bepaalde lesopbouw. Welke volgorde heeft deze?

Select one of the following:

Aanbieden van bordwoorden - vaststellen van overeenkomsten / gelijkheden tussen woorden - bepalen strategieën - formuleren strategieën - toepassen strategieën - oefenen - terugblikken en evalueren
Vaststellen van overeenkomsten / gelijkheden tussen woorden - aanbieden van bordwoorden - bepalen strategieën - formuleren strategieën - toepassen strategieën - oefenen - terugblikken en evalueren
Aanbieden van bordwoorden - vaststellen van overeenkomsten / gelijkheden tussen woorden - formuleren strategieën - bepalen strategieën - toepassen strategieën - oefenen - terugblikken en evalueren

Explanation

Question 22 of 25

1

De geïntegreerde aanpak heeft een vaste lesopbouw: Aanbieden van bordwoorden - vaststellen van overeenkomsten / gelijkheden tussen woorden - bepalen strategieën - formuleren strategieën - toepassen strategieën - oefenen - terugblikken en evalueren

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 23 of 25

1

Je hebt verschillende types oefeningen waarmee je spelling kan inoefenen. Welke?

Select one or more of the following:

Invuloefening
Rubriceeroefeningen
Decodeeroefeningen
Overschrijfoefeningen
Muzische oefeningen
Gatenteksten
Bewegingsoefeningen
Visueel dictee
Auditief dictee
Luisteroefeningen

Explanation

Question 24 of 25

1

Dictees kunnen aangeboden wordend in verschillende groeperingen, verschillende aanbiedingen, verschillende vormen en verschillende doelen.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 25 of 25

1

Dit is een rubriceeroefening

Select one of the following:

True
False

	Created by yana.bracke over 9 years ago

Deze vragenlijst gaat over de bundel spelling - Nederlands. Er zijn 25 vragen. Na afloop kan je per vraag kijken waar je fout ging. Daar vind je ook extra uitleg en informatie.

Spelling - Nederlands

Spelling - Nederlands

Question 1 of 25

Wat zijn de algemene spellingsvoorwaarden?

Select one or more of the following:

Explanation

Question 2 of 25

De onderdelen van visueel vaardig zijn, zijn:

Select one of the following:

Explanation

Question 3 of 25

Het verschil tussen aanvankelijk en voortgezet spellen is dat aanvankelijk spellen gaat over meerlettergrepige niet-klankzuivere woorden en het voortgezet spellen gaat over klankzuivere, eenlettergrepige woorden spellen.

Select one of the following:

Explanation

Question 4 of 25

Er zijn 7 spellingsprincipes. Wat is het hoofdprincipe?

Select one of the following:

Explanation

Question 5 of 25

De regel van gelijkvormigheid gaat over

Select one of the following:

Explanation

Question 6 of 25

Er bestaan 4 spellingscategorieën. Welke?

Select one or more of the following:

Explanation

Question 7 of 25

Wat zijn de didactische wijzen?

Select one or more of the following:

Explanation

Question 8 of 25

Er bestaat een directe spellingstrategie en een indirecte spellingstrategie. Welke kenmerken zijn die van de indirecte spellingstrategie?

Select one of the following:

Explanation

Question 9 of 25

Er bestaan 5 soorten spellingstrategieën. Bij welke strategie hoort de klankclusterstragie?

Select one of the following:

Explanation

Question 10 of 25

Innerlijke woordbeelden verkrijg je door...

Select one or more of the following:

Explanation

Question 11 of 25

De regelstrategie: een regel houdt in dat in een bepaalde situatie een klank of een klankcombinatie geschreven wordt zoals woorden die het kind al kent.

Select one of the following:

Explanation

Question 12 of 25

De analogiestrategie gaat over het vergelijken van de woorden met woordbeelden die het kind al beheerst.

Select one of the following:

Explanation

Question 13 of 25

Van welke hulpstrategie zijn de volgende woorden een voorbeeld: een liedje, versje, zoeken in een schemaatje

Select one of the following:

Explanation

Question 14 of 25

Spellinggeweten is een antoniem voor spellingbewustzijn.

Select one of the following:

Explanation

Question 15 of 25

De elementaire spellinghandeling heeft een bepaalde volgorde. Welke?

Select one or more of the following:

Explanation

Question 16 of 25

Er zijn 2 visies op het spellingproces: de directe route en de indirecte route.

Select one of the following:

Explanation

Question 17 of 25

Het connectische model gaat uit van een heel andere kijk dan het tweeroutemodel.

Select one of the following:

Explanation

Question 18 of 25

Er bestaan verschillende strategieën binnen de instructieprincipes. Welke?

Select one or more of the following:

Explanation

Question 19 of 25

Spellingsonderwijs moet ... zijn.

Select one of the following:

Explanation

Question 20 of 25