anne_x
Quiz by , created more than 1 year ago

Vragen over de Hoorcolleges en de Literatuur met bij het antwoord waar je het kunt vinden in deze stof zodat als je het niet snapt je het na kunt lezen

187
0
0
anne_x
Created by anne_x over 10 years ago
Close

Psychopathologie Quiz - HC 1

Question 1 of 27

1

Hoe noem je herhaald stereotiep gedrag dat doelmatig lijkt maar in feite geen doel heeft en escaleert naar het herhaaldelijk uitvoeren van dit gedrag bij OCD?

Select one of the following:

  • Compulsies

  • Obsessies

Explanation

Question 2 of 27

1

Waarom is de DSM nuttig? (meer dan een antwoord is goed)

Select one or more of the following:

  • Ordening van klachten

  • Een psychologen kan nu gemakkelijk aan de hand van de DSM opzoeken wat zijn patiënt heeft

  • Helpt bij communicatie en professionaliteit onder psychologen

  • Het maakt de mogelijke stoornissen observeerbaar, bevraagbaar en op die manier meetbaar.

  • De DSM helpt bij het verklaren van de psychologische stoornissen in de DSM

  • Het bevordert wetenschappelijk onderzoek

  • Het motiveert stoornisspecifieke behandeling

  • Helpt bij het managen van de stroop patiënten die psychologische hulp zoeken

Explanation

Question 3 of 27

1

Verandert de naam van OCD in de DSM 5?

Select one of the following:

  • Nee, het blijft Obsessive Compulsive Disorder

  • Ja, het wordt Obsessive-compulsive and other related disorders

  • Ja, het wordt Obsessive compulsive disorder and other

Explanation

Question 4 of 27

1

Het model van OCD van Salkovskis zegt dat er twee wegen zijn naar intrusies. Namelijk: cognitieve schema's leiden tot een verscherpte aandacht voor bepaalde gedachten wat op zijn beurt leidt tot intrusies. Wat is de andere weg naar intrusies?

Select one of the following:

  • Cognitieve schema's leiden tot bias, dit leidt tot dwanghandelingen wat leidt tot vermindering van angst en zo worden de intrusies versterkt.

  • Cognitieve schema's leiden tot angst en spanning, dit leidt tot dwanghandelingen wat leidt tot vermindering van de angst en zo worden de intrusies verzwakt

  • Cognitieve schema's leiden tot angst en spanning, dit leidt tot dwanghandelingen wat leidt tot vermindering van de angst en zo worden de intrusies versterkt of in stand gehouden.

Explanation

Question 5 of 27

1

Heeft een patiënt meer kans op terug val wanneer zijn/haar psychisch probleem egosyntoon is of wanneer deze egodystoon is?

Select one of the following:

  • Egodystoon

  • Beide evenveel

  • Egosyntoon

Explanation

Question 6 of 27

1

Het is niet gemakkelijk te bepalen waar de grens ligt tussen een mentale stoornis en nog net geen mentale stoornis wat zijn de 2 problemen hierbij?

Select one or more of the following:

  • Mentale problemen worden steeds meer een trend

  • Intentie; gedrag is ook gebaseerd op motieven en gericht op bepaalde doelen en niet simpelweg het gevolg van ruis.

  • Natural kinds; veel stoornissen die we nu mentale stoornissen noemen zijn eigenlijk tekorten of veranderingen in de biologische basis en daarom is het discutabel of het een mentale stoornis te noemen is.

  • Natural kinds; we doen alsof er soorten ziekten zijn, maar bestaan die varianten wel als natuurlijke varianten en komen die wel overeen met de DSM? Een afwijking kan ook een evolutionaire aanpassing zijn.

Explanation

Question 7 of 27

1

Obsessief Compulsieve Stoornis is..

Select one of the following:

  • Egosyntoon

  • Egodystoon

Explanation

Question 8 of 27

1

In HC1 noemt Paul Eling 2 problemen met de DSM welke zijn dat?

Select one or more of the following:

  • Het interpreteren van de kenmerken van stoornissen in de DSM is een subjectief gebeuren dat gedaan wordt middels uitvraging van de DSM aan de patiënt door de psycholoog.

  • Omdat in de DSM meerdere zwakke syndromen te vinden zijn is er een grote mate van heterogeniteit.

  • Het bepalen welke symptomen nodig zijn voor het hebben van een stoornis wordt door clinici gedaan en daarom is de bepaling van die symptomen vaak subjectief.

  • In de DSM staan zwakke en sterke syndromen door elkaar dit bemoeilijkt het diagnostiseren van patiënten.

Explanation

Question 9 of 27

1

Welke 3 stellingen zijn juist?

Select one or more of the following:

  • Validiteit verwijst naar de nauwkeurigheid van de diagnose

  • Puntprevalentie: het aantal personen met de stoornis op een bepaald tijdstip.

  • Prevalentie: het aantal mensen met de stoornis in de totale populatie

  • Incidentie : aantal nieuwe gevallen ten opzichte van de totale populatiegroep in een bepaalde periode.

  • Betrouwbaarheid heeft te maken met de bruikbaarheid en informatiewaarde van de diagnose

Explanation

Question 10 of 27

1

Wat is zoiets als een zwak syndroom?

Select one of the following:

  • Een serie van symptomen waarvan slechts een deel ook voldoende is omdat zij intrinsiek aan elkaar zijn gerelateerd

  • Een serie van symptomen die allemaal aanwezig moeten zijn

  • Een serie van symptomen die allemaal aanwezig moeten zijn en ook samen voorkomen omdat ze intrinsiek aan elkaar gerelateerd zijn

  • Een serie van symptomen waarvan een subset ook voldoende is

Explanation

Question 11 of 27

1

Marthe is er onweerlegbaar van overtuigd dat zij voortbestemd is om met Justin Bieber te trouwen en nog lang en gelukkig met hem samen te leven, verder heeft zij geen klachten en is zij helder van geest. Dit is een voorbeeld van een:

Select one of the following:

  • Confabulatie

  • Hallucinatie

  • Waan

Explanation

Question 12 of 27

1

Wat is de oplossing volgens van Praag in HC1 voor de zwakke syndromen?

Select one of the following:

  • De DSM 5 waarin de stoornissen op een beter passende manier zijn geherstructureerd

  • Functionalization: mensen slechts onderzoeken op de symptomen waar ze aan leiden en die symptomen individueel behandelen.

  • Functionalization: de symptomen identificeren en de psychologische dysfuncties die hieraan ten grondslag liggen met bijbehorende mechanismes identificeren.

Explanation

Question 13 of 27

1

Wat is causal modeling (Morton)?

Select one of the following:

  • Dat als je iemand je iets voor doet je dit zelf door het zien al aanleert en dat hiermee je cognitieve schema's veranderen.

  • Stelt dat je voor een goede theorie over een stoornis je de oorzaak van die stoornis dient te weten.

  • Wanneer je een goede theorie wilt maken over een stoornis moet je deze omschrijven/onderzoeken op gedrags, cognitief en biologisch niveau

Explanation

Question 14 of 27

1

Wat bestuderen we met psychopathologie?

Select one of the following:

  • Gedrag

  • Mentale stoornissen

  • Biologische grondslagen

  • Ziektes

Explanation

Question 15 of 27

1

Elke psychopathologie – zowel begrippen als methoden – maakt deel uit van een maatschappelijk proces, gekleurd door tijd en plaats. Toch kan het bestaan van psychiatrische stoornissen als een niet te ontkennen realiteit worden verantwoord op grond van de volgende argumenten:

Select one of the following:

  • belevingsargument, verstoordheidsargument, historischargument en experimenteelargument

  • ervaringsargument, historischargument, geografischargument en experimenteelargument

  • belevingsargument, historischargument, geografischargument en onderzoeksargument

  • belevingsargument, historischargument, geografischargument en experimenteelargument

Explanation

Question 16 of 27

1

Welke stelling is ONJUIST?

Select one of the following:

  • Kraepelin kwam met het idee van de psychische reflexboog wat inhoud dat impressies binnen komen de hersenen via projectiebanen waardoor actions of will geactiveerd worden en dit leidt tot actiepatronen

  • Kraepelin kwam met het idee om de verschillende psychologische patronen te ordenen en zo tot een van de eerste classificatie systemen te komen.

  • Kraepelin kwam met het idee om onderscheid te maken tussen lichamelijke en psychische symptomen

Explanation

Question 17 of 27

1

Het classificeren van stoornissen kan op verschillende manieren welk van de volgende stellingen is FOUT

Select one of the following:

  • Bij categoriale classificatie wordt er van uit gegaan dat er een kwalitatief verschil is tussen ziek en gezond, en worden als dusdanig geclassificeerd en dit resulteert in een hiërarchisch classificatie systeem

  • Bij prototypische classificatie wordt er van uit gegaan dat er een grote variabiliteit is tussen individuen en individuen worden geclassificeerd op basis van bij welk beeld ze het beste passen en dit resulteert in een meerassig classificatie systeem

  • Bij dimensionale classificatie wordt er van uitgegaan dat er een kwantitatief verschil is tussen ziek en gezond, en men wordt geclassificeerd op basis van een continuum en dit resulteert in een een dimensionaal of continuum classificatie systeem waarvan de polen tegengestelde posities innemen

  • Bij prototypische classificatie wordt er van uitgegaan dat er een grote variabiliteit is tussen individuen en hun klachten weerspiegelen een prototype van een stoornis en dit resulteert in een classificatie systeem dat bestaat uit meerdere groepen, deze groepen sluiten aan bij de DSM.

Explanation

Question 18 of 27

1

Wat is:
1) het geografischargument EN 2) het experimenteelargument

Select one of the following:

  • 1) stoornissen verschillen over plaatsen
    2) de mogelijkheid bepaalde stoornissen met specifieke methoden te verwekken en/of te laten verdwijnen

  • 1) wijst op het overeenkomstige karakter van bepaalde stoornissen in zeer uiteenlopende culturen en milleus
    2) de mogelijkheid bepaalde stoornissen met specifieke methoden te verwekken en/of te laten verdwijnen

  • 1) wijst op het overeenkomstige karakter van bepaalde stoornissen in zeer uiteenlopende culturen en milleus
    2) het feit dat je bepaalde stoornissen kunt vaststellen via gestandaardiseerd onderzoek

Explanation

Question 19 of 27

1

Wat zijn pathogenie en pathoplastie

Select one of the following:

  • De pathogenie omvat een tijd- en plaatsgebonden (sociaal culturele) invloeden die het kader een persoonlijke kleur en inhoud geven. De pathoplastie zou in fundamentele kenmerken van het individu zijn geworteld (biologisch bepaald en/of door leerprocessen verworven) en als het ware het kader van de stoornis vormen

  • De pathogenie zou in fundamentele kenmerken van het individu zijn geworteld (biologisch bepaald en/of door leerprocessen verworven) en als het ware de matrijs van de stoornis vormen. De pathoplastie zou dan een tijd- en plaatsgebonden (sociaal culturele) invloeden omvatten die deze matrijs een persoonlijke kleur en inhoud geven.

Explanation

Question 20 of 27

1

Welke 2 stellingen zijn waar?

Select one or more of the following:

  • Idiografische methode is de studie van gedrag dat verschillende individuen uniek maakt.

  • Nomothetische methode is de studie van gedrag dat verschillende individuen uniek maakt

  • Nomothetische methode is de studie van groepen om algemene conclusies te kunnen trekken.

  • Idiografische methode is de studie van groepen om algemene conclusies te kunnen trekken.

Explanation

Question 21 of 27

1

Wat hielden de franse en duitse school in in de geschiedenis van psychopathologie

Select one of the following:

  • De franse school legde de nadruk op de pscyhologische kant en de duitse school legde de nadruk op de biologische kant

  • Bij de duitse school ontstond het idee van moral treatment en bij de franse school werd zowel de psychologische kant als de biologische kant bestudeerd

  • Bij de Duitse school waren er twee stromingen een die onderzoek deed naar de psychologische kant en een naar de biologische kant en bij de Franse school werd enkel gekeken naar de psychologische kant

  • Bij de Duitse school ontstond het onderscheid tussen lichamelijke en psychische problemen en bij de Franse school ontstond het idee van moral treatment

  • De Duitse school had mensen die het van de biologische kant bekeken en zij die het van de psychische kant bekeken en de Franse school maakte onderscheid tussen lichamelijke en psychische symptomen

Explanation

Question 22 of 27

1

Aan welke 3 voorwaarden moet een psychiatrische stoornis voldoen?

Select one or more of the following:

  • Het betreft een abnormaal verschijnsel in de zin dat het afwijkt van een sociale norm of van wat in de betreffende cultuur als normaal gedrag geld

  • Het moet gedurende langere tijd aanhouden

  • Ongemak, lijden of bezorgdheid teweegbrengt bij de betrokkene en/of omgeving

  • Een aantal kenmerken van het gestoord gedrag ook bij andere personen als storend is ervaren, op grond van een overeenkomstig patroon

  • Het moet zich voordoen in meerdere situaties

Explanation

Question 23 of 27

1

Een psychiatrische stoornis kan gepaard gaan met belangrijke beperkingen, of afwijkingen in sociale aanpassing, bijvoorbeeld

Select one of the following:

  • Een intrinsieke beperking, hoe de persoon zich voelt over de stoornis waar hij of zij aan lijdt

  • Een extrinsieke beperking, door een somatoforme stoornis een deel van het lichaam niet meer kunnen bewegen

  • Een secundaire beperking, door de stoornis is de patiënt beperkt in de situaties waar hij in durft te zijn

Explanation

Question 24 of 27

1

Waar ging de eerste biologische psychologie over?

Select one of the following:

  • Het idee van een wisselwerking tussen lichaam en geest

  • Het idee dat psychische problemen voortkomen uit sexuele ervaringen en fantasiën

  • Het onstaan van psychofarmaca

Explanation

Question 25 of 27

1

Welke stellingen zijn waar over de verschillende denkkaders?

Select one or more of the following:

  • De humorenleer stelt dat een stoornis voortkomt uit een disbalans tussen verschillende oerkwaliteiten (warm-koud en droog-nat) die in het menselijk lichaam tot uiting komen in de balans in zwart gal, geel gal, bloed en slijm (flegma)

  • Wier was degene die er mede voor zorgde dat men psychische stoornissen niet langer zag als hekserij of bezetenheid, wat promoot was door de kerk, maar dat het meer gezien werd als iets wat medische aandacht vroeg.

  • Hersenchirurgie is iets wat de eerste biologische psychiatrie kenmerkt

  • Freud's theorieën hielden zich vooral bezig met onbewuste processen

  • De tweede biologische psychiatrie hield zich bezig met het idee van medicijnen voor psychische stoornissen

  • Wernicke ontdekte tijdens de eerste biologische psychiatrie dat wanneer men veel alcohol drinkt je vergeet achtig wordt en je moeite krijgt met motoriek.

Explanation

Question 26 of 27

1

De hermeneutische methode vind aansluiting bij:

Select one of the following:

  • De rationele kant van het methodisch dualisme

  • Causal modeling

  • De begrijpende kant van causal modeling

  • De begrijpende kant van het methodisch dualisme

Explanation

Question 27 of 27

1

Welke stelling is juist over Methodisch Dualisme?

Select one of the following:

  • Het methodisch dualisme maakt onderscheid tussen de rationeel verklarende en de empatisch begrijpende methode. De rationeel verklarende methode is vooral Intrasubjectief.

  • Het methodisch dualisme maakt onderscheid tussen de rationeel verklarende en de empatisch begrijpende methode. De empatisch begrijpende methode is generaliserend.

  • Het methodisch dualisme maakt onderscheid tussen de rationeel verklarende en de empatisch begrijpende methode. De rationeel verklarende methode is intersubjectief.

  • Het methodisch dualisme maakt onderscheid tussen de rationeel verklarende en de empatisch begrijpende methode. De empatisch begrijpende methode is intersubjectief.

Explanation