Meester Sangho
Test por , creado hace más de 1 año

Ken jij deze sterke werkwoorden? Zet ze in de juiste tijd. Let op: kies tussen verleden tijd en voltooide tijd! Op het eindscherm staat de uitslag. Wanneer je niet genoeg punten hebt gehaald, kun je niet verder. Probeer de quiz opnieuw! Tip: klik op de knop 'Review incorrect answers'. Je ziet nu wat je niet goed had en wat het goede antwoord is. Kijk hier goed naar en leer ervan! Maximale score: 10 punten.

8
0
0
Meester Sangho
Creado por Meester Sangho hace casi 3 años
Cerrar

Sterke werkwoorden - verleden tijd en voltooide tijd - level 1

Pregunta 1 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Lopen
Wat een pech! Het is allemaal anders !

Explicación

Pregunta 2 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Lopen
Gister we daar.

Explicación

Pregunta 3 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Schelden
Ze hebben hem verrot !

Explicación

Pregunta 4 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Schelden
De tennisser de scheidsrechter uit.

Explicación

Pregunta 5 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Schenden
De klas heeft de regels nog niet .

Explicación

Pregunta 6 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Lijken
Het erop.

Explicación

Pregunta 7 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Lijken
Ze erg op de honden van de buren.

Explicación

Pregunta 8 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Lijken
Toen je klein was, heb je er op .

Explicación

Pregunta 9 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Bederven
De melk snel buiten de koelkast.

Explicación

Pregunta 10 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Bederven
De vleeswaren waren .

Explicación

Pregunta 11 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Bederven
De vissen in de zon.

Explicación

Pregunta 12 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Vliegen
De vogel was !

Explicación

Pregunta 13 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Vliegen
Wij vorige week terug.

Explicación

Pregunta 14 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Vliegen
De bal met een grote boog door de lucht.

Explicación

Pregunta 15 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Vragen
Zij heeft om hulp .

Explicación

Pregunta 16 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Vragen
Vorige week we jou nog om mee te gaan.

Explicación

Pregunta 17 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Trekken
De tandarts heeft al zijn kiezen . Au!

Explicación

Pregunta 18 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Trekken
Hij zijn sokken uit.

Explicación

Pregunta 19 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Bedriegen
Ik heb jullie .

Explicación

Pregunta 20 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Bedriegen
Hij is zo oneerlijk! Hij iedereen.

Explicación

Pregunta 21 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Blijven
Ze zijn uiteindelijk niet lang meer .

Explicación

Pregunta 22 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Blijven
je nog lang gister?

Explicación

Pregunta 23 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Blijven
De kinderen vorige week te lang op het schoolplein.

Explicación

Pregunta 24 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Treffen
Zij haar vriendin in tranen aan.

Explicación

Pregunta 25 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Treffen
Hij heeft doel .

Explicación

Pregunta 26 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Blinken
Het goud in de zon.

Explicación

Pregunta 27 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Blinken
Haar gouden tanden schitterend.

Explicación

Pregunta 28 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Schenden
De soldaten de wapenstilstand.

Explicación

Pregunta 29 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Trekken
Ze allemaal hun eigen plan.

Explicación

Pregunta 30 de 10

1

Rellena el espacio en blanco para completar el texto.

Vragen
Je vader me nog om jou te bellen.

Explicación

Anterior
Siguiente