Stichting (stadskoninkrijk) Rome (753 v. Chr)

Description

? Rechtsgeschiedenis 1 (Codificatie en het Romeinse recht) Mind Map on Stichting (stadskoninkrijk) Rome (753 v. Chr), created by Joy. on 05/10/2015.
Joy.
Mind Map by Joy., updated more than 1 year ago
Joy.
Created by Joy. over 8 years ago
8
0

Resource summary

Stichting (stadskoninkrijk) Rome (753 v. Chr)
  1. koning bekleed met imperium
    1. IMPERIUM (omvat wetgevende, uitvoerende en rechterlijke macht)
      1. 2 door volksvergadering gekozen consuls
        1. beiden volle imperium (ondeelbaar)
          1. intercessio: tussenbeide komen/besluit ander ongedaan maken
          2. consulaat is hoogste ambt
          3. ontleent aan de goden
          4. edict: wet op grond van imperium
            1. bij conflict gaat edict voor lex
            2. voorzitter comitia(volksvergadering)
              1. lex/leges: wetten door comitia
              2. senaat: raad van ouden: patres
                1. senatusconsulta: geen kracht van wet, wel advies
                  1. uit de patriciërsklasse
                2. begin republiek/ res publica (509 v. Chr.)
                  1. sociale strijd patriciërs & plebejers
                    1. plebs vertrekt en dreigt een nieuwe stad te stichten
                      1. 1. stichting TRIBUNI PLEBIS (volkstribunen)
                        1. geen imperium, wel vetorecht
                      2. plebs eist codificatie, rechtszekerheid
                        1. 2. LEX 12 TABULARUM (codificatie), 450 v. Chr.
                          1. interpretatio blijft in handen patriciërs
                            1. Na bijna 100 jaar geeft Gnaeus Flavius de uitleggingsregels prijs aan het volk
                        2. 1 van de 2 consuls moet een plebejer zijn
                          1. patriciërs eisen instelling nieuw ambt: praetura
                            1. 3. PRAETOR heeft deel aan imperium, houdt zich bezig met rechtsbedeling (367 v. Chr.)
                              1. Na enige tijd kunnen de plebs ook praetor worden
                                1. vaardigt edicten uit, die geldig zijn tijdens de duur van zijn imperium, 1 jaar
                                  1. plek (ius) waar hij zijn taak uitoefent: Forum Romanum (Romeinse marktplaats)
                                    1. betekenis ius vroeger: plaats waar werd rechtgesproken, nu: het recht zelf
                                      1. edicten stonden hier op een witte schutting geschreven: album
                                        1. vonnis wijzen deed hij niet zelf maar een particuliere burger van Rome, iudex privatus
                                      2. op den duur overname edict van voorganger door nieuwe praetor, hoogstens met toevoeging nieuwe bepalingen:
                                        1. edictum perpetuum/tralaticium: voortdurend edict
                                          1. bij afwijken van edict of tussentijds nieuwe bepalingen maken, riskeerde praetor strafrechtelijke vervolging
                                            1. edict: eene blijvende, maar van jaar tot jaar voor herziening vatbare codificatie
                                        2. praetorisch recht
                                          1. tegenstelling ius civile en ius praetorium --> lex en imperium
                                            1. functie: ondersteuning, aanvulling en verbetering ius civile
                                              1. met beroep op de 'natuurlijke' billijkheid, naturalis aequitas
                                      3. 4. LEX HORTENSIA (286 v. Chr.)
                                        1. plebiscieten krijgen kracht van wet voor het hele Romeinse volk
                                          1. = besluit uit alleen voor plebejers toegankelijke volksvergadering
                                            1. strijd is formeel afgesloten
                                        2. Julius Caesar consul, door intimidatie en militaire successen dictator
                                          1. Moord Julius Caesar (44 v. Chr)
                                            1. zijn adoptiefzoon Octavianus machtigste man republiek
                                              1. Combinatie imperium (proconsulare) en tribunicia potestas/vetorecht, in zijn persoon
                                                1. Begin keizertijd (27 v. Chr.)
                                                  1. Géén weiziging staatsvorm en republikeinse ambten
                                                    1. volksvergadering heeft zich nooit gewijzigd in volksvertegenwoordiging, door uitbreding Rome kwam deze niet meer bijeen (te veel burgers)
                                                      1. 1. leges vervangen door senatusconsulten, die kracht van wet kregen
                                                        1. niet voor lang, algauw draag het volk het imperium op aan de keizer en dus de wetgevende macht
                                                          1. constitutie: verzamelnaam keizerlijke maatregelen

                                                            Annotations:

                                                            • Edicta: rechtsregels aan alle onderdanen gericht Decreta: vonnissen, betrekking hebbend op één geval Rescripta: rechtsgeleerde adviezen, voor één geval Mandata: instructies van de keizer aan zijn keizerlijke ambtenaren
                                                            1. constitutio Antoniniana (212 na Chr.)
                                                              1. alle inwoners Romeinse rijk krijgen Romeinsburgerschap --> Romeins recht wordt op allen van toepassing
                                                                1. personaliteitsbeginsel wordt omgezet in territorialiteitsbeginsel

                                                                  Annotations:

                                                                  • personaliteitsbeginsel: iedere inwoner leeft volgens het recht van zijn afstamming territorialiteitsbeginsel: ieder binnen een bepaald gebied leeft naar hetzelfde recht
                                                                  1. met uitzonderingen en niet geldig voor de toekomst (Germanenstammen)
                                                        2. 2. responsa: schrijven van adviezen door particuliere juristen, al ten tijde van res publica
                                                          1. Keizer Augustus geeft aan sommige juristen soort keizerlijke vergunning
                                                            1. deze adviezen worden dus bindend, responsum gezag beklede jurist heeft zelfde autoriteit als rescriptum keizer
                                                              1. op den duur kregen alle geschriften, ook die zonder concreet advies, kracht van wet
                                                                1. zij werden aangeduid met ius (recht)
                                                                  1. grote juristen

                                                                    Annotations:

                                                                    • Salvius Julianus: edictum perpetuum Gaius: leerboek instituten/commentaren Papinianus Ulpianus: handboeken met menigen oudere juristen Paulus: Modestinus: laatste grote jurist, na hem geen nieuwe werken aan ius toegevoegd (ca. 250)
                                                          2. Rond 300 na Chr. 2 rechtsbronnen: keizerrecht/constituties, ook wel leges, niet dezelfde als die van volksvergadering! en juristenrecht/ius
                                                            1. Constatijn de Grote uitgeroepen tot keizer (306 na Chr.)
                                                              1. uitvaardiging tolerantie-edict van Milaan: garandering godsdienstvrijheid (311)
                                                                1. Verheving Christendom tot staatsgodsdienst door Theodosius, niet Constatijn!
                                                                2. stichting nieuwe christelijke hoofdstad, 2de Rome (330)
                                                                  1. stadje Byzantium wordt voortaan Constantinopel genoemd: stad van Constatijn
                                                                    1. In elk 'Rome' 1 keizer, beiden hadden volle imperium
                                                                      1. Val West-Romeinse rijk (476)
                                                                        1. de oostelijke keizer in Constantinopel kreeg de iure (rechtens) macht over het gehele Romeinse rijk
                                                                          1. de facto (in feite) alleen macht over Oostelijk deel, keizer Justinianus (527-565) wilde meer
                                                                            1. Corpus Iuris Civilis
                                                                              1. Codex Justinianus (529)
                                                                                1. betekenis codex vroeger: boek/boomschors, nu: wetboek
                                                                                  1. verzameling keizerlijke constituties
                                                                                    1. oudste constitutieverzamelingen waren privé en misten autoriteit: Codex Gregorianus en Hermogenianus
                                                                                      1. lex posterior derogat legi priori: de latere wet zet de eerdere opzij
                                                                                        1. Codex Theodosianus (439), met exclusiviteit verleent door keizer Theodosius 2, lex posterior-regel blijft gelden
                                                                                          1. Codex Justinianus, met exclusieve gelding, in Const. 'Haec', volgorde wetten bepaald, lex posterior blijft van kracht
                                                                                      2. Codex repetitae praelectionis (herziene versie) (534)
                                                                                      3. Digesten/Pandekten (533)
                                                                                        1. codificatie van het ius, vormt één constitutie
                                                                                          1. commissie olv Tribonianus ordent juristengeschriften
                                                                                            1. lex citandi: gedeelte constitutie dat over ordening juristengeschriften gaat
                                                                                              1. In Digesten geen tegenstellingen meer --> afschaffing lex citandi
                                                                                              2. interpolaties: mechanisch aangebrachte tekstwijzigingen ter voorkoming van herinvoering afgeschafte regels
                                                                                                1. lex posterior-regel geldt NIET binnen Digesten
                                                                                                  1. siglenverbod: verbod op afkortingen(sigla) ter voorkoming van tekstbederf
                                                                                              3. Instituten/Elementen (533)
                                                                                                1. leerboek, waarin grondbeginselen Romeinse recht overzichtelijk worden uiteengezet
                                                                                                  1. ong. de helft bestaat uit letterlijke aanhalingen van Gaius
                                                                                                2. Novellen
                                                                                                  1. na 534 uitgevaardigde keizersconstituties
                                                                                                    1. voornamelijk in het Grieks
                                                                                                3. Na dood Justinianus (565), verkleining rijk tot enkel Griekstalig gedeelte met als middelpunt Constantinopel
                                                                                                  1. Byzantijnse Rijk, voortzetting roomse traditie/rijk/wetten
                                                                                                    1. Corpus Iuris, behalve novellen in latijn --> problemen want Griekstalige bevolking
                                                                                                      1. Keizer Leo de Wijze (900), opdracht tot herordening
                                                                                                        1. Basilica/anakatharsis: zuiveringsoperatie, codificatie
                                                                                                          1. scholia: randschriften toegevoegd aan Basilica
                                                                                                            1. andere oude geschriften uit tijd Justinianus, betrekking hebbend op hetzelfde onderwerp
                                                                                                            2. Hexabiblos (ca. 1350): uittreksel van Basilica, door Constantinos Harmenopoulos
                                                                                                              1. doel: tekstboek voor rechtspraktijk, werd later geraadpleegd ipv Basilica
                                                                                                        2. Turken veroveren Constantinopel
                                                                                                          1. Val Byzantijnse Rijk (1453)
                                                                                                            1. Moskou wordt derde Rome
                                                                                                              1. Op gebied van privaatrecht gold personaliteitsbeginsel
                                                                                                                1. Basilica (-->Hexabiblos) bleef in gebruik
                                                                                                                2. Griekenland onafhankelijk (1829)
                                                                                                                  1. capaciteit maken nieuw wetboek niet voorhanden
                                                                                                                    1. koning Otto van Beieren verheft Hexabiblos tot codificatie
                                                                                                                      1. In 1946 pas nieuw Burgerlijk Wetboek: Astikos Kodix, geschoeid op leest Duitse BGB
                                                                                        2. Noemt zich Caesar Augustus, een erenaam zonder staatsrechtelijke bevoegdheden
                                                                                  Show full summary Hide full summary

                                                                                  Similar

                                                                                  DD307 OU Social Psychology - Intergroup Processes: SIT
                                                                                  Ken Adams
                                                                                  k101 - transitions - changing places
                                                                                  Hazel Mayger
                                                                                  K101 Home as a place for care
                                                                                  Hazel Mayger
                                                                                  Social Pedagogy
                                                                                  ibiorban
                                                                                  K101 Hospital as a place of care
                                                                                  Hazel Mayger
                                                                                  Active Directory Architechture
                                                                                  Tyler Lee-Farrell
                                                                                  Care - A Family Affair - K101
                                                                                  Hazel Mayger
                                                                                  Active Directory Domain Service
                                                                                  Shantal K Green
                                                                                  K101 How people depersonalise others (Lee Trewick, 1994)
                                                                                  Hazel Mayger
                                                                                  Final Review Questions
                                                                                  j.salvino
                                                                                  Herhalen H2 - Havo 4 - Regius
                                                                                  Hilde Reimerink