M4 genetica true false

Question 1 of 20

1

Het fenotype kun je zien, het genotype kun je niet zien.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 2 of 20

1

Het genotype ontstaat door wat er op het fenotype staat en de invloeden uit het milieu.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 3 of 20

1

Het genotype wordt bepaald op het moment van bevruchting.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 4 of 20

1

Een bruine huid nadat je een dag op het strand bent geweest, is een verandering in je fenotype.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 5 of 20

1

Als iemand dik wordt door teveel eten en te weinig bewegen, komt dat door het genotype.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 6 of 20

1

Een vrouw heeft X-chromosomen, een man heeft Y-chromosomen.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 7 of 20

1

De zaadcel bepaalt het geslacht van een nieuw organisme.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 8 of 20

1

Mensen die een twee-eiige tweeling zijn hebben een verschillend genotype.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 9 of 20

1

Eeneiige tweelingen zijn altijd meisjes.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 10 of 20

1

In een cel in je neus ligt ook de informatie of je een jongen of een meisje bent opgeslagen.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 11 of 20

1

Een chromosoom bestaat uit een heleboel genen.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 12 of 20

1

Geslachtschromosomen komen alleen voor in de teelballen of de eierstokken.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 13 of 20

1

Een dominant fenotype betekent altijd: een homozygoot genotype.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 14 of 20

1

Homozygoot recessief kun je altijd zien aan het fenotype.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 15 of 20

1

Voor een dominant fenotype maakt het niet uit, of een organisme homozygoot of heterozygoot is.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 16 of 20

1

Homozygoot recessief schrijven we als aa.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 17 of 20

1

Bij de familie Bruens wordt rechtshandigheid of linkshandigheid door het genotype bepaald. Het gen voor rechtshandigheid (R) is dominant over dat voor linkshandigheid (r).

>>> Opa Bruens kan op grond van de stamboom homozygoot zijn voor de eigenschap rechtshandigheid.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 18 of 20

1

Bij de familie Bruens wordt rechtshandigheid of linkshandigheid door het genotype bepaald. Het gen voor rechtshandigheid (R) is dominant over dat voor linkshandigheid (r).

>>> Zoon Michael kan zowel RR als Rr zijn.

Select one of the following:

True
False

Explanation

Question 19 of 20

1

Bij de familie Bruens wordt rechtshandigheid of linkshandigheid door het genotype bepaald. Het gen voor rechtshandigheid (R) is dominant over dat voor linkshandigheid (r)

>>> De kans dat het 3e kind van vader en moeder Bruens linkshandig is, is 50%.

	Created by Mijn Biologie about 9 years ago

Quiz on M4 genetica true false, created by Mijn Biologie on 11/02/2015.

M4 genetica true false

M4 genetica true false

Question 1 of 20

Het fenotype kun je zien, het genotype kun je niet zien.

Select one of the following:

Explanation

Question 2 of 20

Het genotype ontstaat door wat er op het fenotype staat en de invloeden uit het milieu.

Select one of the following:

Explanation

Question 3 of 20

Het genotype wordt bepaald op het moment van bevruchting.

Select one of the following:

Explanation

Question 4 of 20

Een bruine huid nadat je een dag op het strand bent geweest, is een verandering in je fenotype.

Select one of the following:

Explanation

Question 5 of 20

Als iemand dik wordt door teveel eten en te weinig bewegen, komt dat door het genotype.

Select one of the following:

Explanation

Question 6 of 20

Een vrouw heeft X-chromosomen, een man heeft Y-chromosomen.

Select one of the following:

Explanation

Question 7 of 20

De zaadcel bepaalt het geslacht van een nieuw organisme.

Select one of the following:

Explanation

Question 8 of 20

Mensen die een twee-eiige tweeling zijn hebben een verschillend genotype.

Select one of the following:

Explanation

Question 9 of 20

Eeneiige tweelingen zijn altijd meisjes.

Select one of the following:

Explanation

Question 10 of 20

In een cel in je neus ligt ook de informatie of je een jongen of een meisje bent opgeslagen.

Select one of the following:

Explanation

Question 11 of 20

Een chromosoom bestaat uit een heleboel genen.

Select one of the following:

Explanation

Question 12 of 20

Geslachtschromosomen komen alleen voor in de teelballen of de eierstokken.

Select one of the following:

Explanation

Question 13 of 20

Een dominant fenotype betekent altijd: een homozygoot genotype.

Select one of the following:

Explanation

Question 14 of 20

Homozygoot recessief kun je altijd zien aan het fenotype.

Select one of the following:

Explanation

Question 15 of 20

Voor een dominant fenotype maakt het niet uit, of een organisme homozygoot of heterozygoot is.

Select one of the following:

Explanation

Question 16 of 20

Homozygoot recessief schrijven we als aa.

Select one of the following:

Explanation

Question 17 of 20

Bij de familie Bruens wordt rechtshandigheid of linkshandigheid door het genotype bepaald. Het gen voor rechtshandigheid (R) is dominant over dat voor linkshandigheid (r). >>> Opa Bruens kan op grond van de stamboom homozygoot zijn voor de eigenschap rechtshandigheid.

Select one of the following:

Explanation

Question 18 of 20

Bij de familie Bruens wordt rechtshandigheid of linkshandigheid door het genotype bepaald. Het gen voor rechtshandigheid (R) is dominant over dat voor linkshandigheid (r). >>> Zoon Michael kan zowel RR als Rr zijn.

Select one of the following:

Explanation

Question 19 of 20

Bij de familie Bruens wordt rechtshandigheid of linkshandigheid door het genotype bepaald. Het gen voor rechtshandigheid (R) is dominant over dat voor linkshandigheid (r) >>> De kans dat het 3e kind van vader en moeder Bruens linkshandig is, is 50%.

Select one of the following:

Explanation

Question 20 of 20

Bij de familie Bruens wordt rechtshandigheid of linkshandigheid door het genotype bepaald. Het gen voor rechtshandigheid (R) is dominant over dat voor linkshandigheid (r).

>>> Opa Bruens kan op grond van de stamboom homozygoot zijn voor de eigenschap rechtshandigheid.

Bij de familie Bruens wordt rechtshandigheid of linkshandigheid door het genotype bepaald. Het gen voor rechtshandigheid (R) is dominant over dat voor linkshandigheid (r).

>>> Zoon Michael kan zowel RR als Rr zijn.

Bij de familie Bruens wordt rechtshandigheid of linkshandigheid door het genotype bepaald. Het gen voor rechtshandigheid (R) is dominant over dat voor linkshandigheid (r)

>>> De kans dat het 3e kind van vader en moeder Bruens linkshandig is, is 50%.