Inleiding hemato-oncologie weblectures

Beschreibung

Vragen bij de inleiding van Raijmakers
Lyanne Derksen
Quiz von Lyanne Derksen, aktualisiert more than 1 year ago
Lyanne Derksen
Erstellt von Lyanne Derksen vor etwa 8 Jahre
39
1

Zusammenfassung der Ressource

Frage 1

Frage
Lees onderstaande stellingen: 1. Genetische mutaties voor hematopoetische maligniteiten zijn zeer specifiek voor de maligniteit en zodoende komen algemene mutaties niet voor. 2. Hematologische maligniteiten kennen een cumulatie van genetische veranderingen in de tijd en zijn genetisch ook heterogeen.
Antworten
  • Alleen stelling 1 is juist
  • Alleen stelling 2 is juist
  • Beide stellingen zijn juist
  • Beide stellingen zijn niet juist

Frage 2

Frage
Kennis van specifieke mutaties en de daardoor aangedane pathways in maligniteiten zijn nuttig voor:
Antworten
  • Betere classificatie
  • Betere prognostiek
  • Betere behandeling

Frage 3

Frage
Match methode & doel van de methode: 1. Beenmerguitstrijk en biopt - [blank_start]celtelling (kwantitatief) en morfologie[blank_end] 2. Flowcytometrie - [blank_start]differentiatie eiwitten (membraan/intra)[blank_end] 3.Cytogenetica - [blank_start]grove chromosoomafwijkingen[blank_end] 4. Moleculaire diagnostiek - [blank_start]specifieke DNA veranderingen[blank_end]
Antworten
  • celtelling (kwantitatief) en morfologie
  • differentiatie eiwitten (membraan/intra)
  • grove chromosoomafwijkingen
  • specifieke DNA veranderingen

Frage 4

Frage
Welke ziekte wordt het best omschreven door 'activatie signaalroute, verhoogde aanmaak maar normale differentiatie (functie)'?
Antworten
  • Acute leukemie (ALL/AML)
  • Myelodysplastisch syndroom (MDS)
  • Myeloproliferatieve neoplasma (MPN)

Frage 5

Frage
Wat is de enige juiste aanwijzing voor het diagnosticeren van acute leukemie?
Antworten
  • Aanwezigheid van anemie, neutropenie en thrombocytopenie ('pancytopenie') op basis van verdringen van normale hematopoiese door verandering micro-environment
  • Meer dan 20% leukoblasten in het beenmerg
  • Op basis van fenotype: door middel van flowcytometrie kan de lymfatische/myeloïde/ongedifferentieerde oorsprong achterhaald worden
  • Door de afwezigheid van leukocyten in het bloed: blasten hebben zich opgehoopt in het beenmerg en zorgen voor een leukopenie

Frage 6

Frage
Wat verwacht je NIET te vinden bij myelodysplasie?
Antworten
  • Abnormale (dysplastische) cellen en ineffectieve uitrijping (onvoldoende productie)
  • Myeloblasten in het beenmerg <20%
  • Overgang in 1 op 3 patiënten naar acute leukemie
  • Afgenomen cellulariteit in het beenmerg en verlaagde apoptose
  • Dysplasie en cytopenie in bloed in een of meer cellijnen (anemie, thrombopenie, granulopenie)

Frage 7

Frage
Myeloproliferatieve neoplasmata zijn anders dan MDS en AL omdat eerstgenoemde een stamcelziekte is.
Antworten
  • True
  • False

Frage 8

Frage
Myeloproliferatieve neoplasmata kunnen ingedeeld worden op Philadelphia-chromosoom positieve en negatieve varianten. Welke is positief?
Antworten
  • CML
  • ET
  • MF
  • PV

Frage 9

Frage
Polycythemia vera is een kwantitatieve stoornis en wordt gekenmerkt door een te veel aan bloedcelproductie (erythrocytose), maar ook trombo- en leukocytose. Welke stelling hieronder is nog meer waar over PV?
Antworten
  • De meest voorkomende mutatie van PV is een mutatie in CALR (calreticuline).
  • PV wordt naast erythrocytose ook gekenmerkt door extramedullaire hematopoiese, wat de erythrocytose verergert.
  • Bij polycythemia vera treden arteriële en veneuze tromboses op, waarvoor gewaakt moet worden.
  • Door de hoge mate van genetische instabiliteit vindt frequent overgang in lymfatische of myeloïde blastencrisis (acute leukemie) plaats.

Frage 10

Frage
Er zijn verschillende manieren/mutaties die leiden tot lymfomen/CLL. Wat is NIET een mechanisme?
Antworten
  • Translocatie van t(14;18) (Blc-2)
  • Chronische antigene stimulatie (bijv. H. pylori)
  • EBV-infectie
  • NFkB deficiëntie.

Frage 11

Frage
Lymfatische maligniteiten worden onderverdeeld in Hodgkinlymfomen en non-Hodgkinlymfomen. Hieronder wat invulvragen.
Antworten
  • Reed Sternbergcel
  • Reactieve lymfocyt

Frage 12

Frage
Non-Hodgkinlymfomen zijn hooggradig, blastaire lymfomen.
Antworten
  • True
  • False

Frage 13

Frage
Het plaatje hierboven laat een spectrum van bloedeiwitten zien. De verhoogde piek in het rechterplaatje komt door de productie van [blank_start]m-proteïne[blank_end]. Dit eiwit wordt geproduceerd door maligne klonale transformaties van [blank_start]plasmacellen[blank_end].
Antworten
  • m-proteïne
  • plasmacellen

Frage 14

Frage
Lees onderstaande stellingen over multipel myeloom: 1. Multipel myeloom kenmerkt zich door de aanwezigheid van meerdere haarden plasmacellen in het beenmerg. 2. Men moet aan de diagnose multipel myeloom denken bij hypercalciaemie en fracturen of bij amyloïdose.
Antworten
  • Alleen stelling 1 is juist
  • Alleen stelling 2 is juist
  • Beide stellingen zijn juist
  • Beide stellingen zijn niet juist

Frage 15

Frage
Patiënt met MF krijgt een stamceltransplantatie en ontwikkelt huidafwijkingen en gastrointestinale afwijkingen. Zijn SC-transplantatie was:
Antworten
  • Allogeen
  • Autoloog
Zusammenfassung anzeigen Zusammenfassung ausblenden

ähnlicher Inhalt

Französische Vokabeln und Redewendungen
anna.grillborzer0656
Formeln Volkswirtschaftslehre
Stefan Kurtenbach
BKF C95 (Fragen der Ziffern 3a - 3g)
Harald Koenig
Kabale und Liebe - Umfangreiche Lernfolien
Laura Overhoff
EVA Prüfungsvorereitung
Anda Muresan
Pädagogik Abitur 2016: Jean Piaget
Lena S.
GPSY SOPS
Kim Wannenwetsch
BIWI - Steop 2 Teil 1
Katja Hofschneider
Vetie Immunologie 168-196
verena be
Vetie Virologie 2014
J R
Vetie - Chirurgie 2016
Peter Christian Ponn