Hoofdstuk 7 Constante en Variabele kosten

Beschreibung

Hoofdstuk 7 Constante en Variabele kosten
Marloes Steeg
Quiz von Marloes Steeg, aktualisiert more than 1 year ago
Marloes Steeg
Erstellt von Marloes Steeg vor etwa 8 Jahre
132
2

Zusammenfassung der Ressource

Frage 1

Frage
Variabele kosten kunnen agressief zijn.
Antworten
  • True
  • False

Frage 2

Frage
Grondstofkosten zijn nooit progressief variabel.
Antworten
  • True
  • False

Frage 3

Frage
Verkoopkosten kunnen niet progressief variabel zijn.
Antworten
  • True
  • False

Frage 4

Frage
De maximale productiecapaciteit is altijd groter dan de normale productie.
Antworten
  • True
  • False

Frage 5

Frage
De werkelijke bezettingsgraad kan groter zijn dan de normale bezettingsgraad
Antworten
  • True
  • False

Frage 6

Frage
De werkelijke bezettingsgraad daalt als de productie daalt
Antworten
  • True
  • False

Frage 7

Frage
De werkelijke productie is groter dan de normale productie.
Antworten
  • True
  • False

Frage 8

Frage
De gemiddelde constante kosten dalen als de productie groter wordt.
Antworten
  • True
  • False

Frage 9

Frage
Bij het berekenen van de integrale kostprijs moet je weten wat de normale productie is
Antworten
  • True
  • False

Frage 10

Frage
De standaardfabricagekostprijs omvat uitsluitend de variabele kosten.
Antworten
  • True
  • False

Frage 11

Frage
C / N + V / W is de juiste berekening van de standaardkostprijs.
Antworten
  • True
  • False

Frage 12

Frage
Bij proportioneel variabele kosten is V / W een bedrag dat altijd hetzelfde is.
Antworten
  • True
  • False

Frage 13

Frage
Het constante kostentarief is gebaseerd op de werkelijke kosten
Antworten
  • True
  • False

Frage 14

Frage
De commerciële kostprijs omvat zowel de kosten om het product te vervaardigen als de kosten om het product te verkopen.
Antworten
  • True
  • False

Frage 15

Frage
De commerciële kostprijs is de som van de fabricagekostprijs en de winstopslag.
Antworten
  • True
  • False

Frage 16

Frage
De winstopslag als percentage van de verkoopprijs is kleiner dan de winstopslag als percentage van de commerciële kostprijs.
Antworten
  • True
  • False

Frage 17

Frage
Winstopslag + verkoopkosten = commerciële kostprijs.
Antworten
  • True
  • False

Frage 18

Frage
Fabricagekostprijs + verkoopkosten + winstopslag = verkoopprijs.
Antworten
  • True
  • False

Frage 19

Frage
De directie van de onderneming Godefroot heeft voor 2011 de volgende kosten begroot: – De verwachte productie en afzet zijn 4.300 producten Trapper. – De normale productie en afzet zijn 4.000 producten Trapper. – De constante fabricagekosten zijn € 220.000. – De constante verkoopkosten zijn € 50.000. – De variabele fabricagekosten zijn € 86.000. – De variabele verkoopkosten zijn € 10.750. – De verkoopwinst is 25% van de verkoopprijs. Het variabele fabricagekostentarief is:
Antworten
  • €20
  • €50
  • €32,50

Frage 20

Frage
De directie van de onderneming Godefroot heeft voor 2011 de volgende kosten begroot: – De verwachte productie en afzet zijn 4.300 producten Trapper. – De normale productie en afzet zijn 4.000 producten Trapper. – De constante fabricagekosten zijn € 220.000. – De constante verkoopkosten zijn € 50.000. – De variabele fabricagekosten zijn € 86.000. – De variabele verkoopkosten zijn € 10.750. – De verkoopwinst is 25% van de verkoopprijs. De fabricagekostprijs is:
Antworten
  • €55
  • €75
  • €90

Frage 21

Frage
De directie van de onderneming Godefroot heeft voor 2011 de volgende kosten begroot: – De verwachte productie en afzet zijn 4.300 producten Trapper. – De normale productie en afzet zijn 4.000 producten Trapper. – De constante fabricagekosten zijn € 220.000. – De constante verkoopkosten zijn € 50.000. – De variabele fabricagekosten zijn € 86.000. – De variabele verkoopkosten zijn € 10.750. – De verkoopwinst is 25% van de verkoopprijs. De Commerciële kostprijs is:
Antworten
  • €15
  • €75
  • €90

Frage 22

Frage
De directie van de onderneming Godefroot heeft voor 2011 de volgende kosten begroot: – De verwachte productie en afzet zijn 4.300 producten Trapper. – De normale productie en afzet zijn 4.000 producten Trapper. – De constante fabricagekosten zijn € 220.000. – De constante verkoopkosten zijn € 50.000. – De variabele fabricagekosten zijn € 86.000. – De variabele verkoopkosten zijn € 10.750. – De verkoopwinst is 25% van de verkoopprijs. De verkoopkosten zijn
Antworten
  • €15,-
  • €90,-
  • €120,-

Frage 23

Frage
De directie van de onderneming Godefroot heeft voor 2011 de volgende kosten begroot: – De verwachte productie en afzet zijn 4.300 producten Trapper. – De normale productie en afzet zijn 4.000 producten Trapper. – De constante fabricagekosten zijn € 220.000. – De constante verkoopkosten zijn € 50.000. – De variabele fabricagekosten zijn € 86.000. – De variabele verkoopkosten zijn € 10.750. – De verkoopwinst is 25% van de verkoopprijs. De kostprijs van de verkopen is
Antworten
  • €322.500
  • €360.000
  • €387.00

Frage 24

Frage
De directie van de onderneming Godefroot heeft voor 2011 de volgende kosten begroot: – De verwachte productie en afzet zijn 4.300 producten Trapper. – De normale productie en afzet zijn 4.000 producten Trapper. – De constante fabricagekosten zijn € 220.000. – De constante verkoopkosten zijn € 50.000. – De variabele fabricagekosten zijn € 86.000. – De variabele verkoopkosten zijn € 10.750. – De verkoopwinst is 25% van de verkoopprijs. De opbrengst van de verkopen is
Antworten
  • €129.000
  • €480.000
  • €516.000
Zusammenfassung anzeigen Zusammenfassung ausblenden

ähnlicher Inhalt

Hoofdstuk 5 Kosten van DPM
Marloes Steeg
Hoofdstuk 9 Bedrijfseconomie Bedrijfsresultaten
Marloes Steeg
Vraag en aanbod
sannevandermeijd
Hoofdstuk 8 Directe en indirecte kosten
Marloes Steeg
Hoofdstuk 1 Onderneming
Marloes Steeg
1_Bedrijfseconomie Shaijmaa Azzouz
shaijmaa_azzouz
Zeiten Englisch
Janine Egli
Integralrechnung
vincent.wegas
Fragenkatalog Wirtschaftspolitik
Isaak Roscher
51 Prüfungsfragen Physiogeographie
Giaco Como
Vetie Repro 2017
Mascha K.