Sociaal werk Les 7

Annotations:

• Team - Cliënt

1. Formele kennis (opleiding/diploma)
2. Werkplekleren ->informele kennis tacit knowledge
3. Practice based knowledge

1. Hulp & dienstverleningsdiscours
2. Gebruikersdiscours
3. Spirituele & religieuze discours

1. Probleemoplossend
2. Systeemtheorieën
3. Sterkte perspectief
4. Anti-opressive
5. Postmediërende praktijken
6. Evidence based practice
7. Reflective Practice
8. Reflexive practice
9. SWers als actieve participanten i.h creatieve proces van theorieontwikkeling

1. Kloof tussen Theorie en praktijk
   1. Academicus theorie ontwikkeling
   2. Praktijkwerker theorie gebruik
2. Weinig SWers te vinden om theorie op een formele en expliciete manier te gebruiken
3. Praktijk steeds meer gefragmenteerd

1. Verantwoording afleggen ten aanzien van de gebruikers en sponors
2. Verbeteren kwaliteit v/d diensten
3. Gedeelde verantwoordelijkheid
4. Theorie is nodig

   Annotations:

   • Zonder theorie = telkens vanaf nul beginnen.  Tactic knowledge = informele en individualistische kenmerk van kennis in SW -> hierdoor weinig bruikbaar in opleidingen. 

1. Empirische praktijk

   Annotations:

   • 1 van de 2 stromingen.  Evidence based 
   1. wat?

      Annotations:

      • Rationele kennis die met wetenschappelijke methoden gecontroleerd is.
   2. Doel?

      Annotations:

      • Wetenschappelijk gefundeerde modellen opzetten
   3. Waar?

      Annotations:

      • High - risk situaties (bv kinder bescherming)
   4. Waarom?

      Annotations:

      • Een compleet gebrek aan wetenschappelijkheid naar de wetenschappelijke standaarden van kennisontwikkeling. Zeer slecht omgeschreven kennisbasis van het SW 
   5. Gevolg

      Annotations:

      • Sociaal werker moet meer onderzoekgericht of onderzoeksgeletterd worden
2. Reflectieve traditie

   Annotations:

   • 1 vd 2 stromingen. Reflectief
   1. Wat?

      Annotations:

      • Erkenning van de beleefde of doorleefde praktijkervaringen als basis voor gebruik van en creatie van kennis in de praktijk
   2. Relatie Evidence based

      Annotations:

      • • Evidence based = louter technisch -rationeel • SW = perceptie en gevoelens  harde materiele of objectieve feiten (technisch rationeel)
   3. Hoe?

      Annotations:

      • Knowing in action = Inuïtieve en stille kennis (tacit knowledge) is een essentieel onderdeel van de effectieve praktijk. Reflection in action = zoals leren met vallen en opstaan of met trial en error
   4. Gevolg

      Annotations:

      • • Niet onderzoeker maar sociaal werkers = centrale rol bij kennisontwikkeling • de kennisbasis is ontoegankelijk voor andere stakeholders want “tacit knowledge” • Intuïtieve kennis weinig bruikbaar in formele opleiding SW • Hoger risico op fouten • veel energieverlies omdat
3. Reflexief
   1. wat?

      Annotations:

      • • kennis en het gebruik van theorie wordt permanent geconstrueerd worden • enerzijds door de concrete ervaringen van de praktijkwerker • anderzijds vanuit andere bronnen zoals de praktijkcontext en de formele theoretische basis

Annotations:

• • de relevantie voor hedendaagse institutionele contexten in de gezondheid- en welzijnsdiensten

Annotations:

• • de relevantie voor de doelstellingen van het sociaal werk zoals het geconstrueerd wordt door de waardenbasis en in de actuele praktijkcontexten

1. Promoten zelfbepaling
2. Partnerschapsbenadering

Annotations:

• • de relevantie van theorieën voor de formele kennisbasis van het sociaal werk

Annotations:

• • het verbreden van de grenzen van de basis van de sociaal werk theorie • Daarom bespreekt ze postmoderne concepten

1. Emperisch perspectief
   1. Bewijs & aanwijzingen
   2. Toetsing
   3. Vergelijking
   4. Herhaling onderzoek?
2. Reflectief perspectief
   1. Past bij praktijkervaringen?
   2. Uitsluitingen?
   3. Hoe gebruiken?
3. Reflexief perspectief
   1. Contexten theorie?
   2. Relevantie voor de praktijk?
   3. Hoe construeert het het doel & proces
   4. Welke praktische constructies maakt het mogelijk
   5. welke mogelijkheden worden gemarginaliseerd?